Heb je (grote) bedragen op je spaarrekening staan, dan kan het gebeuren dat je bank negatieve rente in rekening brengt. Je betaalt dus letterlijk om je spaargeld bij de bank te stallen. Die negatieve rente kan ervoor zorgen dat je werkelijke rendement lager uitvalt dan het forfaitaire rendement waarmee de Belastingdienst rekent in box 3. Maar hoe werkt dit fiscaal in box 3?
De zaak in het kort
Een man gaf bij zijn aangifte inkomstenbelasting een belastbaar inkomen uit sparen en beleggen (box 3) op van € 207. Omdat hij negatieve rente moest betalen aan zijn bank, maakte hij bezwaar tegen de aanslag en stelde dat zijn werkelijke rendement op het spaargeld lager (namelijk negatief) was dan het forfaitaire rendement dat de Belastingdienst hanteert.
De Belastingdienst dacht daar anders over. De inspecteur vond dat je bij het bepalen van het werkelijke rendement naar alle waardeveranderingen in het vermogen moet kijken. Doordat het spaarsaldo van de man in totaal was gestegen (hij had extra geld gestort), zou er geen sprake zijn van een daadwerkelijk negatief resultaat. Bovendien beschouwde de inspecteur de betaalde rente als ‘kosten’, die je niet mag aftrekken van het rendement.
Uitspraak rechtbank
De rechtbank gaf de man gelijk. Volgens de rechter telt de negatieve rente die je aan de bank betaalt wél mee in het bepalen van je werkelijke rendement. Het gaat hier namelijk niet om administratie- of bankkosten, maar om negatieve rente die je bank in rekening brengt voor spaartegoeden boven de € 100.000. Daardoor daalt je werkelijke rendement. Dat het totale vermogen van de man groeide door extra stortingen, staat daar los van. Zijn spaarrekening zelf is namelijk niet meer waard geworden. De toename komt simpelweg door de bijstorting, niet door rente of waardestijging.
Met het overleggen van het jaaroverzicht van de bank kon de man aantonen dat zijn werkelijke rendement écht lager (negatief) was dan het forfaitaire rendement. Het gevolg? De rechter stelde hem in het gelijk en verklaarde zijn beroep gegrond.
Waarom is dit relevant voor jou?
Misschien heb je wel eens te maken met (grote) bedragen op een spaarrekening. Zodra je saldo boven een bepaalde drempel komt, kan je bank negatieve rente in rekening brengen. In zo’n geval kan het lonen om te checken of jouw werkelijke rendement inderdaad lager is dan het forfaitaire rendement. Als dat zo is, biedt deze uitspraak een handvat om bezwaar te maken tegen een te hoge box 3-heffing.
Meer weten? Scab helpt!
Heb je vragen naar aanleiding van dit artikel? Neem dan contact op met Redouan Ameziane, belastingadviseur bij Scab. Bel 013-583 6734 of stuur een mailtje naar rameziane@scabadvies.nl. We helpen je graag verder.